Het kabinet wil de Arbeidstijdenwet (ATW) en het Arbeidstijdenbesluit (ATB) veranderen. De huidige regels zijn te complex en werken verstarrend
Volgens het kabinet zal door het verminderen van het aantal wettelijke regels een onderneming meer mogelijkheden hebben om snel en adequaat in te spelen op veranderende omstandigheden. Wat gaat er veranderen?
1. De systematiek van de beschermingsnormen wordt aangepast. De huidige ATW gebruikt een dubbel normenstelsel: er is een krappe standaardnorm en een ruimere overlegnorm. In het wetsvoorstel wordt ernaar gestreefd per te regelen onderwerp één ruime norm op te nemen. Het uitgangspunt bij onderhandelingen komt anders te liggen. Nu dient de werkgever te onderhandelen over minder bescherming, terwijl straks het aan de werknemer is om te onderhandelen over meer bescherming.
2. In het nu voorliggende voorstel is er voor gekozen de wettelijke norm publiekrechtelijk te handhaven. Bij de normen betreffende de pauzeregeling, het aantal vrije zondagen per jaar en het wekelijkse gemiddelde aantal arbeidsuren zullen zowel de standaardnorm als de overlegnorm door de betrokkenen zelf gehandhaafd moeten worden.
3. De eisen aan een collectieve regeling veranderen. Hiermee kunnen op ondernemingsniveau gemakkelijker afspraken worden gemaakt en wordt invulling gegeven aan het streven tot deregulering.
4. De materiële normen gaan op de schop. De gehele paragraaf 5.2 van de wet wordt anders. De wet treedt waarschijnlijk op 1 januari 2007 in werking. Werkgevers en werknemers worden echter niet altijd in een keer met de nieuwe normen geconfronteerd. Er is gekozen voor een gefaseerde invoering.
Ook in de nieuwe wet is voor een werktijdenregeling instemming vereist van de OR. Wel wordt de term aangepast. Straks zal er gesproken worden van een ‘arbeids- en rusttijdenregeling’. De opstellers van het wetsvoorstel achten een overgangsregeling niet nodig, omdat de afspraken tussen werk-gever en het medezeggenschapsorgaan binnen de regeling vallen
Geef een antwoord