Cameratoezicht is niet verboden, maar mag alleen met instemming van de or. Heeft een bedrijf geen or, dan moet het op z’n minst een personeelsvergadering hierover beleggen.
Feiten
Groothandel Ferwerda maakt gebruik van zichtbare en onzichtbare camerabewaking in zijn pand. Het personeel is niet op de hoogte van het feit dat er verborgen camera’s aanwezig zijn. Enige tijd na het plaatsen van de camera’s ontdekt een aantal medewerkers (waaronder verweerder) een van de camera’s. Ferwerda organiseert op dezelfde dag een kantinebijeenkomst om de werknemers voor te lichten over het gebruik van de camera’s. Enkele maanden later ontvangt Ferwerda een aangetekende brief van het personeel waarin het bedrijf wordt gewezen op de wetgeving omtrent cameratoezicht en waarin wordt verzocht de camera’s te verwijderen. Verweerder, die al enkele malen is aangesproken op zijn functioneren en werkhouding, wordt door andere werknemers als een van de initiatiefnemers van de brief aangemerkt. Daarop wordt verweerder per direct op non-actief gesteld, omdat hij onrust zou stoken op de werkvloer en een onderzoek wordt gedaan naar eventuele onrechtmatige gedragingen van zijn kant. Naar aanleiding daarvan verzoekt Ferwerda de kantonrechter de arbeidsovereenkomst met verweerder te ontbinden.
Kantonrechter
Aangezien er in het verleden geen formele maatregelen jegens verweerder zijn genomen, kan niet worden gesteld dat het functioneren van verweerder zodanig problematisch was dat dit noopte tot arbeidsrechtelijke maatregelen.
Een werkgever is gerechtigd gebruik te maken van cameratoezicht op de werkvloer als is voldaan aan de voorwaarden uit de Wet bescherming persoonsgegevens, de Wet op de ondernemingsraden en het Wetboek van Strafrecht. Daarnaast moet rekening worden gehouden met het goed werkgeverschap. Als goed werkgever moet Ferwerda op de hoogte zijn van de regels die gelden voor het gebruik van cameratoezicht. De kantonrechter wijst uitdrukkelijk op de verplichting het cameratoezicht ter instemming voor te leggen aan de ondernemingsraad. Ferwerda heeft de ondernemingsraad niet om instemming verzocht, omdat het bedrijf geen ondernemingsraad heeft.
Tot slot is van belang dat Ferwerda in het ontbreken van een ondernemingsraad geen aanleiding heeft gezien om een bijeenkomst met het personeel over het cameratoezicht te beleggen. Gezien deze omstandigheden is het onbegrijpelijk dat de directie de brief van de medewerkers louter heeft gezien als aanval en niet op een normale manier in gesprek is gegaan met de (van het sturen van de brief) ‘verdachte’ medewerkers. De non-actiefstelling was een onnodige reactie.
Commentaar
Als een besluit instemmingsplichtig is en er onterecht geen ondernemingsraad is ingesteld, moet de ondernemer zich vergaand inspannen om aan zijn WOR-verplichtingen te voldoen. In dit geval bijvoorbeeld door een personeelsvergadering te beleggen.
(Kantonrechter Leeuwarden, 24 februari 2016, ECLI:NL:RBNNE:2016:715)
Ik zou de camera’s laten hangen. Wel eerst het personeel inlichten, maar ik voel mij een stuk veiliger met camerabewaking.