De groei van het aantal flexibele arbeidsrelaties in Nederland vertaalt zich onder meer in een toename van werknemers die op uitzendbasis werken. Worden hun belangen wel door de WOR beschermd?
De kantonrechter
In deze uitspraak heeft KLM om instemming gevraagd betreffende een voorgenomen roosterwijziging voor de tankdienst. Bij de tankdienst werken ongeveer 90 reguliere werknemers en 50 uitzendkrachten. De or weigert instemming te verlenen onder verwijzing naar – kort gezegd – de belangen van de uitzendkrachten die bij KLM werken.
KLM heeft de kantonrechter daarop gevraagd om vervangende toestemming. De kantonrechter heeft deze toestemming verleend. Hij was van mening dat de or op oneigenlijke wijze gebruik heeft gemaakt van het instemmingsrecht, nu hij geen inhoudelijke bezwaren had ten aanzien van de roosterwijziging, die bovendien niet van toepassing is op uitzendkrachten.
In- of uitgeleend?
In deze zaak werd de vraag in de inleiding van dit artikel niet inhoudelijk besproken. Om de vraag te beantwoorden, sluit ik aan bij de dubbele ‘werknemersidentiteit’ die uitzendkrachten in de WOR aannemen:
(a) uitgeleende werknemer, nu zij als werknemer werkzaam zijn bij een uitzendbureau dat hen uitleent aan derden; en (b) ingeleende werknemer: nu zij als werknemer werkzaam zijn bij de inlener (in dit geval KLM) die hen inleent van het uitzendbureau.
Als ingeleende werknemers hebben uitzendkrachten dezelfde medezeggenschapsrechtelijke rechten als gewone werknemers, mits zij ten minste 24 maanden werkzaam zijn op basis van een uitzendovereenkomst en hun werkzaamheden aansluiten bij de reguliere werkzaamheden van de inlener (zoals de schilder die wordt ingeleend door een aannemer).
Berekenen van de instellingsgrens
Als aan deze vereisten is voldaan, worden de uitzendkrachten meegenomen bij het berekenen van de instellingsgrens voor de or van de inlener, en kunnen de uitzendkrachten gebruikmaken van het wettelijk actief en passief kiesrecht voor de or bij de inlener (dus: kiezen en gekozen worden).
Voor uitgeleende werknemers gelden geen extra vereisten. Alhoewel zij werkzaam zijn bij een andere onderneming, behouden zij hun medezeggenschapsrechten bij het uitzendbureau. Bij instemmingsprocedures moet verder rekening worden gehouden met de belangen van uitzendkrachten, ingeval de regelingen op hen van toepassing zijn.
Aangezien de arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten doorgaans worden vastgesteld bij de uitzendonderneming, zal de belangenbehartiging voor deze groep werknemers vooral plaatsvinden via de or van de uitzendonderneming (in plaats van door de or van de inlener).
Carola Meyer-De Swaan, advocaat bij Boontje Advocaten
Rechtbank Amsterdam, 20-1-2017, EA VERZ 16-1389
Lees ook:
- 4 knelpunten voor flexwerkers en medezeggenschap
- WOR aanpassen om flexwerkers meer medezeggenschap te geven
- Zet flexibilisering op de or-agenda
Or & Arbeidsvoorwaarden
TIP! Steeds vaker kan per onderneming eigen arbeidsvoorwaardenbeleid worden gemaakt. Leer alles over bevoegdheden van de ondernemingsraad op het gebied van arbeidsvoorwaarden tijdens de opleiding Or & Arbeidsvoorwaarden
Geef een antwoord