Als acht ondernemers een groepsondernemingsraad (GOR) instellen, is één van de betrokken ondernemingsraden het niet eens met de beoogde zetelverdeling. Deze ondernemingsraad meent dat hij recht heeft op meer zetels, gelet op het aantal werknemers in zijn onderneming. De kantonrechter oordeelt dat de zetelverdeling niet in strijd is met de WOR.
De WOR bevat geen concrete norm voor de zetelverdeling. Enkel is bepaald dat de verschillende groepen van de in de ondernemingen werkzame personen zoveel mogelijk in de GOR vertegenwoordigd zijn. Aan dat vereiste is voldaan. Gelet op de omstandigheden van het geval kan niet alleen van de getalssterkte uit worden gegaan. De ondernemers hebben in dat licht voldoende rekening gehouden met de representativiteit.
Feiten
Een organisatie heeft acht ondernemingen in Nederland. Bij ieder van die ondernemingen is een ondernemingsraad ingesteld. De ondernemingsraden en de ondernemers spreken al vanaf 2014 over de instelling van een groepsondernemingsraad (GOR).
Op 2 mei 2016 nemen de ondernemers een (voorlopig) besluit tot instelling van een GOR. Na veelvuldig overleg over de zetelverdeling stellen de ondernemers een voorlopig reglement voor de GOR op. Daaruit volgt deze zetelverdeling:
Onderneming Aantal werknemers Zetels
Onderneming 1 130 2
Onderneming 2 73 2
Onderneming 3 654 3
Onderneming 4 324 2
Onderneming 5 570 3
Onderneming 6 1040 4
Onderneming 7 288 2
Onderneming 8 231 2
Totaal 3310 20
De ondernemingsraad van onderneming 6 is het niet eens met deze verdeling. Hij meent dat het reglement geen rekening houdt met de getalsverhoudingen en dat er dus geen sprake is van evenredige vertegenwoordiging.
Deze ondernemingsraad stelt dat hij recht heeft op ten minste vijf van de twintig zetels. Van het totale aantal werknemers in de ondernemingen, werkt namelijk dertig procent in onderneming 6.
Volgens de ondernemingsraad (van onderneming 6) vormt de GOR met de voorgestelde verdeling geen representatieve afspiegeling van de onderliggende ondernemingen en ondernemingsraden. De OR vraagt daarom een verklaring voor recht dat het reglement in de weg staat aan een goede toepassing van de WOR.
Volgens de ondernemers kent de WOR geen concrete norm voor de zetelverdeling van een GOR. Hoewel een zekere mate van representativiteit wenselijk is, hoeft geen sprake te zijn van een volledige evenredigheid. De zetelverdeling houdt rekening met de grote verschillen in omvang en complexiteit van de (internationale) aansturing van de ondernemingen.
Bovendien zijn de andere zeven ondernemingsraden het er wel mee eens, aldus de ondernemers.
Oordeel kantonrechter
De kantonrechter stelt voorop dat artikel 34 van de WOR geen concrete norm voor de zetelverdeling bevat. Het artikel bepaalt slechts dat het reglement voorzieningen moet bevatten dat de verschillende groepen van de in de betrokken ondernemingen werkzame personen zoveel mogelijk in de GOR vertegenwoordigd zijn. De ondernemers hebben diverse omstandigheden aangevoerd waarom tot voorgenoemde zetelverdeling is gekomen. Zij hebben onder andere gewezen op de verschillen in omvang van en in complexiteit van de (internationale) aansturing van de onderneming.
De kantonrechter erkent dat, gelet op die omstandigheden, niet enkel de getalssterkte doorslaggevend kan zijn. Bovendien is niet volledig voorbij gegaan aan die getalssterkte.
In het kader van de representativiteit is daar wel degelijk rekening mee gehouden. De partijen verschillen van mening welke uitgangspunten bij de zetelverdeling zwaarder wegen. Dat maakt echter nog niet dat de voorgestelde verdeling in strijd is met een goede toepassing van de WOR.
De kantonrechter weegt ook mee dat partijen langdurig onderhandeld hebben. In dat kader zijn over en weer concessies gedaan. Er is een compromis bereikt, waarbij evenredigheid ook betrokken is. Het voorlopige reglement (met daarin de zetelverdeling) is dus niet in strijd met de WOR en staat niet aan een goede toepassing daarvan in de weg.
Er is sprake van een voldoende evenredige vertegenwoordiging, aldus de kantonrechter.
Aantekening
Wanneer één ondernemer of een groep van ondernemers meer dan twee ondernemingsraden heeft c.q. hebben ingesteld, moet een GOR worden ingesteld als dit bevorderlijk is voor een goede toepassing van de wet. Dit volgt uit artikel 33 lid 2 en lid 3 van de WOR. De leden van die GOR worden gekozen uit en door de leden van de verschillende ondernemingsraden.
Daarbij speelt de vraag op hoeveel zetels iedere ondernemingsraad mag bezetten. Over het algemeen wordt aangesloten bij de grootte van het aantal werknemers in de verschillende ondernemingen (de getalssterkte). Dit heeft te maken met het representativiteitsbeginsel. Een GOR is ingesteld om de belangen van de in de verschillende ondernemingen werkzame personen te behartigen.
Vanuit dat oogpunt is het wenselijk dat de GOR enigszins representatief is voor zijn achterban. Zo schrijft de WOR voor dat het reglement voorzieningen moet bevatten dat alle groepen vertegenwoordigd kunnen zijn.
Een ‘voldoende mate’ van evenredigheid
Ook de Ondernemingskamer acht het wenselijk dat de medezeggenschap een zekere afspiegeling van de achterban vormt. Om die reden wordt vaak het evenredigheidsprincipe toegepast: de zetels worden verdeeld naar evenredigheid van het aantal te vertegenwoordigen werknemers.
Door gebruik van dit principe vormt de GOR een min of meer representatieve weerspiegeling van alle werknemers die door de GOR vertegenwoordigd worden.
Soms zijn er redenen om het evenredigheidsprincipe niet één op één toe te passen, zoals in deze casus. Gelet op de specifieke omstandigheden van het geval, neemt de kantonrechter genoegen met ‘een voldoende mate van evenredigheid’. Volledig aansluiten bij de getalssterkte is dus niet altijd vereist.
Let op
Bij het bepalen van de zetelverdeling mag men de principes van representativiteit en evenredigheid niet uit het oog verliezen. Dit geldt niet alleen in geval van een COR of GOR, maar ook als men een kiesgroepenstelsel voor de ondernemingsraad hanteert.
Mr. drs. M. Milbou, advocaat De Voort Advocaten | mediators in Tilburg
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21 december 2017 Zaaknummer 6185067 OV EJ 17-8339.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in Rechtspraak voor Medezeggenschap.
WOR, uitgave 2018
Geheel up-to-date: deze herziene uitgave van WOR, Wet op de ondernemingsraden editie 2018. Naast uitgebreide toelichtingen is ook de jurisprudentie bijgewerkt en zijn eerdere wijzigingen nader aangevuld.
Combinatiepakket OR Digitaal: de ideale ondersteuning voor or-leden
Met dit handige combinatiepakket heb je alles wat je als or-lid moet weten digitaal bij de hand!
Geef een antwoord