De werknemer wiens arbeidsovereenkomst wordt beëindigd na zijn AOW-gerechtigde leeftijd, heeft op grond van de wet geen recht op een transitievergoeding. Is dat discriminatie?
De werkgever die de arbeidsovereenkomst met een werknemer zelf beëindigt, is de werknemer die 24 maanden of langer in dienst is geweest een transitievergoeding verschuldigd. Een werknemer kan, ook al is aan de voorwaarden voldaan, geen aanspraak maken op de transitievergoeding indien zijn arbeidsovereenkomst niet wordt voortgezet in verband met of na het bereiken van de AOW-leeftijd.
Recentelijk heeft een tweetal kantonrechters de Hoge Raad om uitsluitsel gevraagd: is deze uitzondering voor werknemers met de AOW-gerechtigde leeftijd eigenlijk (leeftijds)discriminatie?
De Hoge Raad
De Hoge Raad toetst deze vraag aan de geldende regels voor discriminatie. Een direct of indirect onderscheid op grond van leeftijd is verboden, tenzij sprake is van een legitiem doel en de middelen waarmee dat doel bereikt wordt passend en noodzakelijk zijn.
De transitievergoeding kent een tweeledig doel: enerzijds compensatie voor het ontslag en anderzijds om de transitie naar een andere baan te vergemakkelijken.
De verplichting om een transitievergoeding te betalen wordt gezien als een invulling van de zorgplicht van de werkgever ten opzichte van de werknemer die wordt ontslagen. Die zorgplicht strekt zich niet uit tot gevallen waarin de werknemer voor het voorzien in zijn inkomen niet langer is aangewezen op het verrichten van arbeid.
De wettelijke transitievergoeding is bedoeld voor werknemers die zijn aangewezen op het verrichten van arbeid om in hun levensonderhoud te voorzien. Het doel van de uitzondering voor AOW-gerechtigde werknemers is legitiem, omdat met deze regel wordt voorkomen dat de transitievergoeding toekomt aan een categorie personen voor wie de vergoeding niet is bedoeld. Daarnaast is de regel ook passend en noodzakelijk om dat doel te bereiken.
Commentaar
Met deze uitspraak maakt de Hoge Raad korte metten met de discussie over de eventuele discriminatie van oudere werknemers bij de toekenning van de transitievergoeding.
De Hoge Raad heeft bovendien overwogen dat voor een individuele toets (waarbij een werknemer misschien op individuele basis toch aanspraak zou kunnen maken op een transitievergoeding, bijvoorbeeld omdat hij langer door zou willen werken) geen ruimte bestaat.
Hoge Raad 20 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:651
Ester Damen is advocaat bij Kennedy Van der Laan, ester.damen@kvdl.com.
Lees ook:
Jaarboek arbeidsvoorwaarden en medezeggenschap
Het Jaarboek arbeidsvoorwaarden en medezeggenschap 2017 bespreekt op multidisciplinaire wijze diverse arbeidsvoorwaardelijke onderwerpen die dagelijks voorkomen in de praktijk.
Combinatiepakket OR Digitaal: de ideale ondersteuning voor or-leden
Met dit handige combinatiepakket heb je alles wat je als or-lid moet weten digitaal bij de hand!
Geef een antwoord