Or-leden moeten minder tijd kwijt zijn aan hun or-werk. Daarvoor moet de Wet op de ondernemingsraden (WOR) worden aangepast. Dat adviseert de Sociaal-Economische Raad (SER) in een brief aan minister Koolmees. De bedoeling is ook dat meer niet-or-leden kunnen worden betrokken in de medezeggenschap.
De tijdsdruk van het or-werk maakt dat veel medewerkers aarzelen zich kandidaat te stellen voor de medezeggenschap. De SER meldde in 2019 de tijdsbelasting als een belangrijk obstakel te zien, die medewerkers ervan weerhoudt zitting te nemen in de ondernemingsraad.
- Tip: Het OR Jaarboek 2020 geeft helder en bondig een praktische uitleg aan bevoegdheden, werkwijze en faciliteiten van de ondernemingsraad.
Vaste commissie en de centrale ondernemingsraad
Het probleem geldt vooral voor de vaste commissie (artikel 15 lid 2 WOR) en de samenstelling van de centrale ondernemingsraad (cor). Volgens de WOR moet in een vaste commissie een meerderheid van de leden ook or-lid zijn, daarnaast kunnen ook andere in de onderneming werkzame personen zitting hebben.
De SER stelt in het advies voor deze regel aan te passen. In het instellingsbesluit moet kunnen worden afgeweken van de regel dat een vaste commissie voor de meerderheid bestaat uit or-leden. En als een meerderheid van de vaste commissie uit niet-or-leden bestaat, dan moet de or toch het advies- of instemmingsrecht behouden, zo vindt de SER.
Het gevolg van die aanpassing is volgens de SER dat de taken dan beter over or- en niet-or-leden kunnen worden verdeeld, zodat de tijdsdruk voor alle leden afneemt. Dat neemt ook een drempel weg voor medewerkers om zich kandidaat te stellen. En meer niet-or-leden kunnen deelnemen aan de medezeggenschap.
Zitting in cor en gor
Een andere hindernis voor medewerkers is volgens de SER de aanname dat leden van een cor ook zitting moeten hebben in een groepsondernemingsraad (gor). De SER wil in een nieuw voorbeeldreglement voor ondernemingsraden benadrukken dat dat geen verplichting is. Die verplichting kan desgewenst wel in het reglement van de cor worden opgenomen als dat de medezeggenschap ten goede komt.
Aanpassingen in voorbeeldreglement
Het voorbeeldreglement is al op enkele punten aangepast. Zo stelt de SER dat ondersteuning door een ambtelijk secretaris de kwaliteit van medezeggenschap bevordert. Aangeraden wordt ook dat de bestuurder en de or samen een convenant opstellen met afspraken om obstakels voor zitting in de or te ondervangen.
In het reglement worden verder de mogelijkheden voor vernieuwing van medezeggenschap belicht. Vernieuwing is vaak mogelijk binnen de regels van de WOR, want de wet biedt op dit punt meer ruimte dan veel gebruikers zich realiseren, zegt de SER.
- Tip: Wil je weten wat de rechten en de plichten van de ondernemingsraad zijn? Schrijf je in voor de basiscursus Medezeggenschap.
Vastlegging: ook op elektronische wijze
De Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM) van de SER wil dat de WOR ook wordt aangepast op het punt van schriftelijke verslaglegging. Daar moet komen te staan dat het vastleggen van afspraken en gegevens ook mag gebeuren op elektronische wijze.
Jongeren en flexwerkers
De SER benoemde vorig jaar in totaal 11 obstakels die deelname aan de ondernemingsraad in de weg zitten. Voor een groot deel kunnen die (vaak vermeende) obstakels worden weggenomen door betere voorlichting.
In de zomer van vorig jaar adviseerde de SER ook dat jongeren en flexwerkers beter kunnen worden betrokken bij de medezeggenschap door de wettelijke termijnen voor actief en passief kiesrecht voor de ondernemingsraad te verkorten.
Lees ook:
- Advies SER: Verhelp obstakels voor deelname aan or
- SER pleit voor kortere termijnen kiesrecht or
- Zet flexibilisering op de or-agenda
- Starten met een ondernemingsraad: alles wat je moet weten op een rij
Het OR Jaarboek 2020 geeft helder en bondig een praktische uitleg aan bevoegdheden, werkwijze en faciliteiten van de ondernemingsraad. Het boek helpt ieder lid van een ondernemingsraad om efficiënt en snel de informatie te vinden die hij of zij nodig heeft.
De tijdsdruk van het or-werk maakt dat veel medewerkers aarzelen zich kandidaat te stellen voor de medezeggenschap. De SER meldde in 2019 de tijdsbelasting als een belangrijk obstakel te zien, die medewerkers ervan weerhoudt zitting te nemen in de ondernemingsraad. Dit klopt niet altijd. Vaak komt het voor dat het werkpakket van de werknemer die in de OR zitting WIL nemen niet wordt verminderd. Door managers die (terecht?) tegen werken omdat ze een halve FTE kwijt raken en hiervoor geen aanvulling krijgen. Er zou een meldpunt moeten komen waar OR leden hun klacht kunnen indienen als ze niet genoeg tijd KRIJGEN ! Er zou voor een OR lid een vast budget ook in FTE’s verplicht gesteld moeten worden.
Dag Walter, ik herken (als OR-trainer en adviseur) je noodkreet. Vaak zit deze onwil niet bij de bestuurder zelf, maar bij de laag managers daaronder. Voordat OR-leden gefrustreerd raken moet de OR als team de zaken goed regelen. Juist voor aanvang van verkiezingen is een goed moment. Het is echt lastig, maar OR’s zijn zelf niet vasthoudend genoeg om het echt goed te regelen. Ik schreef er een blog over. https://mvmz.nl/vrijstelling-voor-leden-van-de-ondernemingsraad/.