Wij wilden toch een adviesaanvraag bij een kleine beleidswijziging, omdat deze onrust gaf bij het personeel. Dit is gehonoreerd met het voorbehoud dat het een “bovenwettelijke adviesaanvraag” is en dat art. 25 van de WOR niet van toepassing is. Bestaat dit?
Als de or een formele adviesaanvraag krijgt, is dit altijd conform artikel 25 WOR. Ook bij bovenwettelijk advies. In het verleden heeft de rechter bij dit soort procedures steeds geoordeeld dat, als expliciet of impliciet advies- of instemmingsrecht aan de or was toegekend, geldt: ‘eens gegeven, blijft gegeven’. Dit heeft ertoe geleid dat in de wet is vastgelegd dat medezeggenschaprechten van de or in een afspraak of overeenkomst tussen partijen kunnen worden uitgebreid (art. 32 WOR). Deze “bovenwettelijke adviesaanvraag” geeft je or dus alle rechten conform artikel 25.
Kennisbank OR in de praktijk
Wees als ondernemingsraad goed voorbereid! Met de kennisbank OR in de praktijk heb je altijd toegang tot een schat aan tools, adviezen en artikelen voor een succesvolle uitoefening van je or-werk, met juridische tips en toelichtingen over de meest voorkomende or-zaken. Probeer het een maand uit voor maar € 10,-! Nu met gratis boek Ondernemingsraad en (corona)recessie t.w.v. € 24,95.
Dit antwoord lijkt mij iets te kort door de bocht. De ondernemer geeft immers nadrukkelijk aan niet de bedoeling te hebben advies conform artikel 25 te vragen.
Een kanttekening met betrekking tot ‘eens gegeven, blijft gegeven’: dat geldt alleen voor de huidige voorliggende vraag. Er is volop jurisprudentie dat een OR dat niet tot in lengte van dagen kan blijven claimen, wanneer de bestuurder het beleid opnieuw wil wijzigen. Dat geldt zowel voor onderwerpen die onder het adviesrecht als het instemmingsrecht vallen.