Sinds 1995 geldt de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) ook voor de overheidssectoren. Sindsdien is de WOR de raamwetgeving voor alle ondernemingsraden in Nederland. Alleen voor defensie en onderwijs bestaan aparte medezeggenschapsregelingen.
Uitgangspunt is dat de WOR zoveel mogelijk volledig van toepassing is op de overheidssectoren. Dat betekent dat ook de terminologie van de WOR geldt voor overheidsorganisaties, inclusief begrippen als ondernemer en onderneming.
Bijzondere bepalingen
In een apart hoofdstuk van de WOR (hoofdstuk 7b) zijn de bijzondere bepalingen voor de ondernemingsraad bij de overheid opgenomen. Alle andere bepalingen die in de WOR staan zijn dus volledig van toepassing op overheidsondernemingsraden, tenzij de bijzondere bepalingen daar een wijziging op bevatten. De basisgedachte was: alleen waar de overheid bijzondere kenmerken heeft die de gewone regels van de WOR moeilijk toepasbaar maken is een aparte regeling nodig.
De belangrijkste twee afwijkende bepalingen betreffen:
- de bestuurder;
- het primaat van de politiek.
Bestuurder
In overheidsorganisaties zijn in veel gevallen ambtelijke bestuurders aanwezig, naast de politieke bestuurders. Het overleg met de ondernemingsraad wordt gevoerd door de hoogste ambtelijke bestuurder. Dat is degene die leidinggeeft aan de ambtelijke organisatie. Dat blijkt al uit de definitie van het begrip ‘bestuurder’ in artikel 1 van de WOR.
- Tip: Wees als ondernemingsraad goed voorbereid, ook op de specifieke regels voor medezeggenschap bij de overheid! Met de Kennisbank OR in de Praktijk heb je altijd toegang tot een schat aan tools, adviezen en artikelen. Probeer het een maand voor maar 10 euro.
Vereist is dat de bestuurder de hoogste zeggenschap uitoefent bij de leiding van de arbeid. De politieke bestuurders zijn niet belast met het aansturen van de ambtelijke organisatie, dus niet met leidinggeven aan de arbeid. Maar om aan iedere mogelijke twijfel een eind te maken, bevat artikel 46d sub a WOR een lijst van politieke functionarissen die voor de WOR niet gelden als bestuurder.
Primaat van de politiek
In artikel 46d sub b WOR staat de belangrijkste afwijkende bepaling voor ondernemingsraden bij de overheid. In dit artikel staat namelijk omschreven waarover geen overleg met de ondernemingsraad (als bedoeld in artikel 23 WOR) hoeft te worden gevoerd. Het gaat dan om:
- aangelegenheden die betrekking hebben op de publiekrechtelijke vaststelling van taken van publiekrechtelijke lichamen, en:
- het beleid ten aanzien van die taken, en de uitvoering ervan.
De ondernemingsraad bij de overheid is dus niet bevoegd om te overleggen over zaken die vallen onder het vaststellen van, het beleid, of de uitvoering van een publiekrechtelijke taak. Men noemt dit ook wel het ‘primaat van de politiek’.
Uitzondering
Onder andere bij het instemmingsrecht en het adviesrecht is eenmalig overleg vereist. Gelet op het primaat van de politiek wordt ervan uitgegaan dat ondernemingsraden bij de overheid geen instemmingsrecht of adviesrecht hebben over zaken die onder artikel 46d WOR vallen. Op deze inperking van de medezeggenschap is één uitzondering gemaakt. Het gaat dan om zaken met consequenties voor de werkzaamheden van de personen die werken in de onderneming. Daarover moet de ondernemingsraad wel worden geraadpleegd. Maar alleen voor zover het deze personele gevolgen betreft.
Over het primaat van de politiek is in de rechtspraak zeer veel te doen
Rechtspraak over primaat van de politiek
Inmiddels heeft de Hoge Raad negenmaal moeten oordelen over de vraag naar de reikwijdte van het primaat van de politiek. Eind 2020 heeft de Vereniging voor Arbeidsrecht een onderzoek gepubliceerd over 25 jaar rechtspraak over het primaat van de politiek in de WOR. Conclusie van dit onderzoek is dat deze bepaling strikter wordt uitgelegd in de rechtspraak dan de wetgever bedoeld lijkt te hebben.
Petitie
Op dit moment is dan ook een debat gaande over het primaat van de politiek. Dat gaat niet alleen over de vraag of de rechtspraak niet te ver is doorgeschoten, maar ook over de vraag of aanpassing van de bepaling over het primaat van de politiek gewenst is. Ondernemingsraden bij de overheid, vakbonden en deskundigen hebben het initiatief genomen om een petitie aan te bieden aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de vaste Kamercommissie. Doel is te komen tot een aanpassing van deze bepalingen in de WOR. Meer informatie daarover is te vinden op: www.invloedmedezeggenschapoverheid.nl
Theorie en praktijk
De rechtspraak over de ruimte van de medezeggenschap bij de overheid is vrij strikt. Toch komt het in de praktijk regelmatig voor dat ondernemingsraden bij de overheid ruimer betrokken worden dan op basis van de uitleg van de wet in de rechtspraak zou moeten. Zeker als het gaat over het informatie- en overlegrecht zijn overheden vaak toch bereid om de or te informeren. En ook om met de or een overlegvergadering te voeren over een aangelegenheid die strikt genomen onder het primaat van de politiek valt.
Dit is ook weer niet zo vreemd, omdat voor een groot aantal onderwerpen de overheidsorganisatie in een glazen huis functioneert. Wat besproken wordt in de Tweede Kamer, Provinciale Staten of de gemeenteraad is veelal openbaar. Het zou daarom vreemd zijn om ondernemingsraden informatie te onthouden die vervolgens publiekelijk gedeeld wordt met de hele samenleving.
Loe Sprengers | Martijn Vaessen | Jasper de Waard | Advocaten bij Sprengers advocaten, www.sprengersadvocaten.nl
Lees ook:
Or en de overheid van morgen
Medezeggenschap binnen de overheid gaat net wat anders dan bij andere organisaties. Denk aan het primaat van de politiek, digitalisering, de spagaat tussen uitvoering en beleid, en integriteitskwesties. Al deze onderwerpen komen op 20 mei 2021 aan bod tijdens de speciale medezeggenschapsdag voor ondernemingsraden bij de overheid. Met opvallende gastsprekers waaronder Jaap Uijlenbroek, hoogleraar arbeidsverhoudingen en Els Huisman, promovenda op het thema politiek primaat. Bekijk het complete programma en profiteer tot 15 februari van de vroegboekkorting!
Geef een reactie