Een werkgever mag zijn thuiswerkers controleren. Maar hij moet zich wel houden aan strikte voorwaarden. Die zijn bedoeld om de privacy van de werknemer te waarborgen. Dat heeft minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geantwoord op vragen van Kamerlid Van Kent.
Een werkgever die thuiswerkers controleert moet goed beargumenteren waarom die controle nodig is. Vaak kan een werkgever ook op een minder ingrijpende manier controleren of de werknemer aan het werk is. Bijvoorbeeld door afspraken te maken over wat een werknemer moet doen op een dag, en hoe de werknemer zich daarover kan verantwoorden.
Geen intensievere controle thuiswerkers
Ook moet de werkgever aangeven waarom hij vindt dat het bedrijfsbelang zwaarder weegt dan het recht op privacy van de werknemer. Bovendien moet de werkgever de thuiswerker laten weten dat controles mogelijk zijn voordat hij gaat controleren. Voor controles op de werkplek of thuis moeten dezelfde regels gelden. De werkgever mag de werknemer dus niet opeens intensiever monitoren als hij vanuit huis werkt.
- Lees ook: Thuiswerkers steeds vaker bespioneerd
Voortdurend in de gaten gehouden
Begin april bleek uit onderzoek van het CNV dat ruim een half miljoen thuiswerkenden voortdurend in de gaten worden gehouden door hun werkgever. Ook de NOS meldde dit, en baseerde zich op de stijgende verkoopcijfers van softwareplatform Capterra. De controles vinden plaats door bellen, en met spionagesoftware die periodiek vraagt om aanwezigheid te bevestigen. En soms met apps die toetsenbordaanslagen en muiskliks registreren.
- Lees ook: Weinig begrip voor gebruik gluursoftware
Afspreken met de ondernemingsraad
Minister Koolmees benadrukt dat het aan werkgevers en werknemers samen is om goede afspraken te maken over de eventuele (digitale) controle. De ondernemingsraad is hierbij de aangewezen gesprekspartner. Volgens artikel artikel 27 l van de WOR heeft de or instemmingsrecht met elke regeling ‘inzake voorzieningen die gericht zijn op of geschikt zijn voor waarneming van of controle op aanwezigheid, gedrag of prestaties van de in de onderneming werkzame personen.’ En dat geldt zeker als deze gegevens zijn te herleiden tot individuele werknemers.
- Mooi dat je als or instemmingsrecht hebt, maar hoe maak je er in de praktijk gebruik van? Lees het snel na in de Kennisbank OR in de Praktijk!
‘Beperkte toename’ aantal klachten
Een werknemer die vermoedt dat de (digitale) controle niet in overeenstemming is met de geldende voorwaarden kan hierover eerst in gesprek gaan met zijn werkgever. Ook kan hij hiervoor terecht bij de ondernemingsraad of de vertrouwenspersoon, indien aanwezig. Helpt dat alles niet (voldoende), dan is een melding mogelijk bij de Autoriteit Persoonsgegevens. In het uiterste geval kunnen de werkgever of de werknemer naar de kantonrechter als ze het niet eens kunnen worden over de mate, of de manier van controleren. Minister Koolmees heeft bij de AP een ‘beperkte toename’ geconstateerd van het aantal klachten over digitale monitoring sinds de start van de coronacrisis.
Lees ook:
Landelijke Or-dagen: met volle kracht vooruit!
Tijdens de Landelijke Or-dagen, dit jaar op 23 en 24 juni gaan meerdere workshops over thuiswerken, en hoe verder werken met, en na corona. Zoals ‘Inclusief werkgeverschap en de rol van de OR‘ door Isaak Mol. En ‘Hoe pakt jouw OR zijn rol bij technologische ontwikkelingen?‘ door Mirjam Bach, secretaris van de SER-commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM). Het event is helemaal digitaal. Bekijk het programma van deze dagen.
Is de minister nu opeens (ook) wetgever geworden?