In een door de FNV aangespannen rechtszaak heeft de rechtbank Amsterdam op 13 september 2021 geoordeeld dat de chauffeurs van Uber onder de CAO Taxivervoer vallen en werknemer zijn in de zin van het arbeidsrecht en de sociale verzekeringen.
Het betekent dat zij met dit vonnis in de hand naar Uber kunnen stappen en een cao-loon kunnen eisen. Uber zal deze chauffeurs niet uit eigen beweging nu op de loonlijst zetten, dus het is maar de vraag hoe dit in de praktijk gaat uitpakken. Het oordeel van de rechtbank is interessant omdat het een beeld geeft van een moderne arbeidsverhouding (via een app) die door de rechter beschouwd wordt als een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
Feiten
Via Uber kunnen mensen wereldwijd vervoer bestellen naar een plaats naar keuze. Via de Uber app kunnen klanten dit regelen. Een chauffeur krijgt via deze app weer taxiritten aangeboden. In het aanbod staat dan de ophaallocatie en de verwachte rijtijd. Ook wordt de zogenoemde ‘rating’ (de gemiddelde beoordeling van Uber-chauffeurs door klanten) naar aanleiding van eerdere ritten van de passagier genoemd.
- Tip! Tijdens de Basiscursus Medezeggenschap, binnenkort te volgen op 15 februari en 22 maart 2022 leer je alles wat je nodig hebt om je werk als or-lid optimaal uit te voeren. Niet alleen de wetten en regels, maar ook hoe organisaties en rechters daarmee in de praktijk meestal omgaan.
Bepalend voor de definitieve ritprijs is de uiteindelijke route die door de chauffeur, in overleg met de passagier, wordt afgelegd. De chauffeur heeft de keuze om een rit te accepteren of te weigeren. Als de chauffeur drie keer achtereen een rit weigert, wordt hij of zij uitgelogd. Na de rit wordt de passagier gevraagd om een beoordeling te geven van de chauffeur. Uber heeft het recht om eenzijdig een chauffeur uit te sluiten, bijvoorbeeld als hij zich niet aan de regels van Uber of aan de verkeersvoorschriften houdt. Ook een lage beoordeling door klanten kan tot uitsluiting leiden.
De passagier betaalt aan Uber. Uber betaalt de chauffeurs wekelijks, of desgevraagd dagelijks, de totaalsom van de gemaakte ritten uit via Uber Payments BV, verder in dit artikel Uber Pay genoemd. Op de ritprijs wordt een bedrag van 25 procent aan ‘servicekosten’ ingehouden. Uber hanteert een soort beloningssysteem, Platinum of Diamond. Deze status is afhankelijk van het aantal ritten, de beoordeling van de klanten en het annuleringspercentage van de rit na eerdere acceptatie. Uber hanteert niet de CAO Taxivervoer.
FNV wil naleven cao afdwingen
De vakbond FNV heeft Uber voor de rechter gesleept. Zo vindt de vakbond dat er sprake is van werknemerschap en dat Uber de CAO Taxivervoer moet naleven. De naleving van de CAO Taxivervoer heeft tot gevolg dat loon, arbeidsvoorwaarden, zoals pensioenvoorzieningen, met terugwerkende kracht vanaf begin van de arbeidsrelatie moet worden gerespecteerd. Uber wijst echter de vorderingen van de vakbond af. Volgens Uber is geen enkele chauffeur die de app gebruikt werknemer. Een algemene beoordeling is ook onmogelijk omdat de arbeidsverhoudingen per chauffeur verschillen. De chauffeurs krijgen hun beloning van de passagier en Uber Pay dient slecht als doorgeefluikje. De chauffeurs zijn vrij om een aanbod van werk te weigeren.
Oordeel kantonrechter
Anders dan in het bekende arrest Schoen Schoevers (ECLI:NL:HR:1997 ZC2495) gaat het, gelet op de vordering door de FNV, om alle chauffeurs die zich voor de procedure hebben aangemeld en via de app voor Uber rijden. Er is dus geen individuele toetsing per geval. Het gaat dan ook om de algemene kenmerken van de rechtsverhouding tussen de chauffeurs en Uber.
Getoetst moet worden aan de 3 criteria van de arbeidsovereenkomst (persoonlijk, gezag, loon). Het aspect persoonlijk arbeid verrichten is geen probleem. Dit is wel duidelijk. Het verweer van Uber dat zij slechts een technologiebedrijf is, gaat volgens de rechter niet op. De chauffeurs moeten akkoord gaan met de door Uber gestelde voorwaarden om te kunnen toegelaten. Uber hanteert een strak verdienmodel en organiseert het werk in zijn geheel. Dat de chauffeurs een commissie van 25 procent per rit aan Uber moeten betalen maakt dat niet anders.
De rechter ziet de arbeidsverhouding als een ‘moderne gezagsverhouding’
Feitelijk werken de chauffeurs voor Uber en niet voor de passagiers. De betaling via Uber Pay wil niet zeggen dat Uber niet het loon betaalt. De rechter ziet de arbeidsverhouding als een ‘moderne gezagsverhouding’. Het betekent dat de chauffeurs weliswaar een grote mate van zelfstandigheid hebben, maar de arbeidsvoorwaarden zijn niet onderhandelbaar. Alles is vastgelegd in door Uber gemaakte protocollen. Chauffeurs kunnen daar niet van afwijken.
Passagier en chauffeur kunnen wel afspreken dat een bepaalde route wordt gereden, maar dat is het dan wel. Er is geen sprake van vrije onderhandelingen over de prijs. Ter zitting van de rechter heeft een vertegenwoordiger van Uber gezegd, dat Uber ‘aan de knoppen draait ‘en alles omtrent de uitvoering van het werk bepaalt. De conclusie van de rechter is dat de chauffeurs werkzaam zijn op basis van een arbeidsovereenkomst. En dat de CAO Taxivervoer van toepassing is in de periode dat die algemeen verbindend was.
Aantekening
Werknemer of zelfstandige, dat is een al vele jaren durend strijdpunt in het arbeids-en sociaalverzekeringsrecht. Talloze uitspraken zijn hierover gedaan door rechterlijke colleges in diverse disciplines. Volgens de FNV moeten de chauffeurs van Uber gezien worden als werknemer. Veel Uber chauffeurs zien zichzelf echter als zzp ‘er.
Criteria arbeidsovereenkomst
Als er geen arbeidsovereenkomst op papier, of mondeling bestaat, moet aan de hand van feiten en omstandigheden worden bepaald of de arbeidsverhouding valt onder het begrip arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. De drie criteria van een arbeidsovereenkomst zijn:
- verplichting tot persoonlijk arbeid verrichten;
- een gezagsverhouding;
- verplichting tot loonbetaling.
De lastigste voorwaarde om aan te tonen, is altijd de gezagsverhouding, het in dienst van een werkgever gedurende enige tijd arbeid verrichten. Het gaat er om of de werkgever de bevoegdheid heeft de werknemer bij het uitvoeren van zijn of haar werkzaamheden instructies te geven. Een grote mate van vrijheid voor de werknemer hoeft hieraan niet in de weg te staan.
Platformarbeid
De nieuwste ontwikkeling op dit terrein is het bestaan van platformarbeid, zoals maaltijdbezorgers, fietskoeriers maar ook Uber chauffeurs. Het is niet van doorslaggevend belang hoe de partijen zichzelf noemen. Het kan dan werkgever, werknemer, of opdrachtgever en opdrachtnemer zijn. De manier waarop wordt gewerkt is, het belangrijkste. Het feitencomplex is daarom van groot belang in de beoordeling van een geschil over het al dan niet bestaan van een arbeidsovereenkomst. Als een medewerker ook andere opdrachtgevers heeft, is dit een aanwijzing dat hij geen werknemer is in de zin van een arbeidsovereenkomst.
Deze zaak is vooral interessant omdat het gaat om een moderne arbeidsverhouding
Deze zaak is vooral interessant omdat het gaat om een moderne arbeidsverhouding, bepaald door een app waarin zo ongeveer alles geregeld is in de arbeidsverhouding tussen Uber en de taxichauffeurs. De rechter ziet hier een gezagsverhouding omdat de chauffeurs met handen en voeten gebonden zijn aan de instructies van Uber. Het is Uber die alles bepaalt, de chauffeurs hebben geen ruimte voor eigen initiatieven. Ze zijn volledig overgeleverd aan Uber.
Gevolgen lastig te overzien
De gevolgen van deze uitspraak zijn echter moeilijk te overzien. Het is sowieso al de vraag of de chauffeurs ook daadwerkelijk naar Uber stappen om de gevolgen van deze uitspraak te effectueren. Het kan best zijn dat dit niet of nauwelijks gebeurt.
Dat is wel een verschil met het eerder genoemde Schoen/Schoevers arrest waar het om één werknemer ging die vond dat hij werkzaam was op basis van een arbeidsovereenkomst. De chauffeurs moeten nu zelf actie ondernemen richting Uber en eisen dat de CAO Taxivervoer wordt nageleefd. Het is niet te verwachten dat (al) deze mensen dit gaan doen. Veel chauffeurs hebben al laten weten niet in loondienst te willen bij Uber. In de praktijk zal door deze uitspraak waarschijnlijk niet veel veranderen. Ook is de vraag of deze uitspraak in hoger beroep stand houdt.
Lees ook:
- Platformrichtlijn Europa doet veel stof opwaaien
- Hoe zelfstandig zijn platformmedewerkers?
- Uber-chauffeur is werknemer
Het probleem is wellicht het collectieve karakter van het geheel. Niet alle chauffeurs voldoen misschien aan de criteria van een arbeidsovereenkomst. Een chauffeur die naast Uber nog andere opdrachtgevers in de taxibranche heeft, zal misschien zeggen dat hij meerdere opdrachtgevers heeft en dus zelfstandige is.
Let op
Los van het recht op werknemerschap dat Uber chauffeurs nu kunnen claimen, is er (vaak) voor elke bedrijfssector een cao afgesloten. De cao zorgt ervoor dat er een gelijk speelveld ontstaat op arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden. Uber concurreert met het normale taxivervoer en kan dus zonder zich te houden aan de CAO Taxivervoer andere arbeidsvoorwaarden er op nahouden.
Bronnen
- Artikel 7:610 Burgerlijk Wetboek
- Rechtbank Amsterdam, 13 september 2021 ECLI:RBAMS:2021:5029
RvM, 2021/11
OR wetgeving & actualiteitendag op 24 maart 2022
Welke gevolgen heeft het nieuwe Pensioenakkoord? Wat heb je als or te zeggen over hybride werkvormen? Welke veranderingen komen eraan op het gebied van arbo en arbeidsvoorwaarden? Laat je in één dag bijpraten: de OR wetgeving & actualiteitendag op 24 maart 2022! Bekijk het complete programma.
Geef een antwoord