Na tien jaar kroonlidmaatschap van de SER, zwaait Evert Verhulp dit voorjaar af. Van die tien jaar was hij vijf jaar voorzitter van de Commissie Bevordering Medezeggenschap. Hoe kijkt hij terug op die periode?
Als het aan hoogleraar Evert Verhulp had gelegen, had hij niet per se hoeven stoppen als kroonlid bij de SER en voorzitter van de Commissie Bevordering Medezeggenschap (CBM). ‘Het is geweldig leuk om te doen, om midden tussen die verschillende belangengroepen te werken aan gemeenschappelijke doelen. Maar het is ook verstandig om na tien jaar plaats te maken voor iemand die er weer met nieuwe frisheid naar kan kijken.’
- Verbindingen leggen tussen alle geledingen van de organisatie is geen sinecure in deze versplinterde, onzekere tijden. Danielle Braun fluistert je nieuwe mogelijkheden in tijdens de Landelijke or-dag op 23 juni 2022. Arbeidsvoorwaarden spelen een belangrijke rol. Renate Vink-Dijkstra vertelt er meer over. En Stef Soons bied je een andere kijk op inspraak. Bekijk het programma!
Kaalslag bleef uit
Vijf jaar geleden vreesden veel mensen dat ondernemingsraden minder scholing zouden inkopen. Dat zou leiden tot een kaalslag onder adviesbureaus en opleiders. Maar, zoals Verhulp al vermoedde, die kaalslag bleef uit. Or-leden gingen zich niet minder maar wel anders laten scholen. De driedaagse cursus had zijn langste tijd gehad en de vraag naar maatwerk groeide. Wel uitte Verhulp toen andere zorgen. Zoals over dekkingsgraad van medezeggenschap, vooral in het midden- en kleinbedrijf.
Hoe staat het daar nu mee?
‘Die zorg is gebleven. Erger nog, de dekkingsgraad is iets gedaald, ook onder bedrijven met honderd-plus medewerkers. Bestuurders melden dan dat er “geen behoefte” is binnen de organisatie aan een or, of zulke smoesjes. Ik vind het bizar dat een werkgever wel zijn klanten bevraagt naar ervaringen en tevredenheid, maar niet de werknemer die de klus voor die klant uitvoert.’
Ik vind het bizar dat een werkgever wel zijn klanten bevraagt, maar niet de werknemer die de klus uitvoert
‘Medezeggenschap is niet alleen een fundamenteel grondrecht, het is ook nodig voor passende arbeidsomstandigheden en -voorwaarden in een organisatie. Een bedrijf dat geen ondernemingsraad heeft, heeft die arbeidsomstandigheden meestal ook niet goed op orde. Het ontbreken van een ondernemingsraad kan een signaal zijn dat de arbeidsomstandigheden niet goed op orde zijn.’
Hoe kijk je terug op de rol van de CBM hierin? Past de SER nog wel in de veranderde arbeidsverhoudingen?
‘Of de medezeggenschap nu wel of niet is bevorderd blijft moeilijk te meten. Tegelijk hebben we zeker een rol gespeeld. Het voorbeeldreglement (voor oprichting dan wel verantwoord inrichten van een or, red.) is nog steeds het meest gedownloade document van de SER. Deze is nog steeds goed toegerust op de huidige arbeidsverhoudingen en doet veel goede dingen voor de medezeggenschap. Wat ik persoonlijk wel jammer vind, is dat de Commissie Bevordering Medezeggenschap geen breder bereik heeft dan de WOR. Je zou de bevordering van medezeggenschap breder kunnen maken door ook cliëntenraden, medezeggenschapsraden (in o.a. het onderwijs, red.) en dergelijke ook tot de taak van de CBM te rekenen. Dat zou de medezeggenschap als geheel denk ik sterker maken.’
Ben je achteraf gezien tevreden over de speelruimte van de CBM?
‘Ik zie dat deze commissie verschillende taken vervullen in het krachtenspel van overheid, werkgevers en werknemers. De CBM opereert zelfstandig en ondervindt daarbij zeker geen beperkingen van de SER. Waar ik tevreden over ben is dat uitzendkrachten en andere tijdelijke arbeidskrachten eerder betrokken kunnen worden in de medezeggenschap, dankzij de recente aanpassing in de WOR die is voorgesteld door CBM. Je kunt zeggen dat het allemaal lang duurt voordat de SER iets voor elkaar krijgt.’
Deze werkwijze kost tijd, maar voorkomt ook dat we allerlei wilde voorstellen doen
‘Maar dat is meteen ook de kracht. De vertegenwoordigers van verschillende partijen overleggen iets en moeten daar weer mee terug naar hun achterban. Die werkwijze kost tijd, maar voorkomt ook dat we allerlei wilde voorstellen doen. In plaats daarvan brengt de raad goed onderbouwde, doorwrochte adviezen met een breed draagvlak. Afkomstig van de verschillende sociale partners en van hun achterbannen. Zo’n advies zet de processen binnen de regering flink onder druk. Ik vind dat wel een mooi proces, hoe een SER-advies tot stand komt met overleg en terugkoppeling naar de achterbannen. Een advies van de SER is hierdoor niet te negeren door de politiek.’
Hoe representatief zijn de sociale partners nog voor de eigentijdse arbeidsverhoudingen? Moeten partijen als de NVMz en de BVMP meer betrokken moeten worden?
‘Alle vrijwillige inzet van de bestuurders van bijvoorbeeld de NVMz kan ik niet genoeg prijzen, daarover geen misverstand. Maar het gaat om een vertegenwoordiging van commerciële partijen bij de medezeggenschap: adviseurs, opleidingbureaus enzovoort. De CBM kan zeker niet zonder deze partijen, maar het zou te ver voeren om ze deel te maken van het SER-overleg.’
En de afname van het aantal leden van de vakbonden?
‘Het aantal leden van de vakbonden daalt, en daarmee ook hun slagkracht. Tegelijk, zo blijkt uit onderzoek van onder andere het Sociaal Cultureel Planbureau, blijft het vertrouwen van mensen in de vakbonden als sociale partner groot. Ook zonder lid te worden is het draagvlak onder werknemers groot, en daarmee blijft dus hun representativiteit overeind.’
Zorgen om zzp’ers
‘Een lastig punt is de vraag: zijn zzp’ers voldoende vertegenwoordigd in de medezeggenschap? Zij vormen 15 procent van alle werkenden en hun aandeel blijft groeien. We vinden medezeggenschap belangrijk maar dan moet dat ook geregeld worden voor deze werkenden. De vraag is hoe we de zzp’ers meer medezeggenschapsrechten kunnen bieden.’
‘Ik kreeg de wind van voren toen ik ooit zei dat ik blij ben met elke vorm van medezeggenschap voor die groep, met of zonder WOR. Maar dat vind ik nog steeds. De zzp’er die kritiek heeft op de gang van zaken in de organisatie waarvoor hij werkt kan er zomaar uitgegooid worden. Een zzp’er met een “grote mond” is niet beschermd tegen ontslag, dus durft diegene zich wel voldoende uit te spreken?’
Hoe regel je medezeggenschap voor mensen die niet onder de WOR vallen?
‘Maar hoe regel je de medezeggenschap voor mensen die niet onder de WOR vallen? Wil men hun positie meer gelijkschakelen met die van gewone werknemers in dienstverband, dan zal men daarin ook de medezeggenschap moeten betrekken. Dat is uiteraard een politieke keus. En ook daar is de SER voor, om de politiek hierin van advies te voorzien.’
Lees ook:
- Waterschap Rivierenland levert ‘Or van het jaar’
- Intense discussie over toekomst arbeidsmarkt
- Meer medezeggenschap voor flexwerkers
Zijn er nog meer zorgen bij je vertrek?
‘De diversiteit van de deelnemers in de medezeggenschap wat betreft achtergrond, leeftijd en geslacht laat nog steeds te wensen over. Tegelijk heb ik vooral vertrouwen in de toekomst. De medezeggenschap is in beweging en er vinden mooie experimenten plaats. Kijk eens naar de winnaar van de verkiezing van de Or van het jaar, georganiseerd door de NMVz. Ik ben ervan overtuigd dat verstandige werkgevers hun eigen belang inzien van een goed functionerende inclusieve medezeggenschap.’
Lees de volledige versie van dit artikel in ORMagazine
OR workshopdag op 24 mei 2022
Verbonden blijven met alle geledingen in de achterban is nu belangrijker dan ooit. Volg daarom de workshop ‘Communiceren met de achterban‘ door Agnes Nibbeling tijdens de OR-Workshopdag op 24 mei. Bepaal welke informatie je komt brengen en halen. En leer hoe je dat zo creatief en effectief mogelijk kunt doen, zodat je de relatie met de achterban verstevigt. Stel jouw ideale dag samen door uit niet minder dan 14 workshops de 2 meest passende te kiezen.
Geef een antwoord