‘Ik vraag me af of je de Nederlandse taal machtig moet zijn om in de or te kunnen.’
Als deze voorwaarde gesteld zou worden, is dat in strijd met de Wet op de ondernemingsraden artikel 6, lid 2 en 3, en is daarmee een beperkende, niet toegestane afwijking op de termijn. Het belemmert de toegankelijkheid tot medezeggenschap.
Medezeggenschap is democratisch grondrecht
De taaleis kan de or ook niet als beperkende maatregel opleggen (gebod) in het reglement. Uiteraard kan het wenselijk zijn dat in het wervingsprofiel voor de or-leden wordt opgenomen dat zij bij voorkeur de Nederlandse taal machtig zijn, of bereid zijn zich die eigen te maken. Het kan echter op geen enkele wijze een verbod zijn. Want alle werkzame personen hebben op grond van de wet recht op medezeggenschap. Ze mogen daar niet van worden uitgesloten. Het is een democratisch grondrecht.
Het CAOP biedt trainingen aan voor betekenisvolle medezeggenschap: optimale samenwerking tussen ondernemingsraad, directie en medewerkers en biedt ambtelijke ondersteuning voor ondernemingsraden.
Geef een antwoord